Ik heb hier hele fijne herinneringen aan. Dat is eten natuurlijk ook wel een beetje: het maakt een herinnering nog mooier dan dat hij in eerste instantie misschien wel was. Ik was met mijn ouders en zusje in Italië en we waren op bezoek bij een vriendin van mijn moeder die daar woonde. Het was heerlijk weer, zomervakantie en we hoefden helemaal niets. We zouden naar het strand gaan met de auto en onderweg stopten we om te lunchen. Toen toverde die vriendin van mijn moeder de lekkerste focaccia uit haar tas, besmeerde deze met notenpasta en sneed er een paar tomaten uit eigen tuin erop. Deze combinatie was al fantastisch en dan helemaal met de Italiaanse zon op de gezicht in een park aan een picknickbank. Je kan je voorstellen dat dat ultiem genieten is!
Wat heb je nodig voor deze focaccia:
250 gram bloem
7 gram gedroogde gist
125 mL lauw water
zout
extra vergine olijfolie
grof zeezout
1 takje verse rozemarijn, fijn gesneden
Wat moet je doen:
Doe 125 mL lauw water in een maatbeker en roer hier 3 eetlepels olijfolie en de gist door. Je kan het gebruiken als het een beetje bubbelig wordt.
Doe de bloem in een ruime kom of op een schoon werkblad en maak een kuiltje erin.
Giet in de kuil het watermengsel en roer hierin met een vork zodat het langzaam mengt met de bloem. Roer de bloem beetje bij beetje erdoor, zo ontstaan er minder snel klontjes. Als je niet meer met je vork kan roeren begin je met kneden. Zorg dat je handen schoon en een beetje koud zijn, zo zal het deeg minder aan je handen plakken.
Kneed het deeg tot je het uit kan rekken zonder dat het scheurt. Dan zijn de gluten goed genoeg geactiveerd.
Vet een schone kom in met een beetje olijfolie en een keukenpapiertje. Klop daarna wat bloem over de olie. Doe je deeg in de kom en leg er een vochtige theedoek over. Laat het deeg 30 minuten rijzen op een warme plek.
Na 30 minuten prik je met je vingers een aantal keer in het deeg, het zal nu krimpen. Kneed een aantal keer en zet het dan weer voor 30 minuten met een vochtige theedoek afgedekt weg om nog een keer te rijzen.
Rol het deeg uit met een deegroller tot een lap van ongeveer 1,5 cm dik. Leg dit op een ingevette bakplaat. Prik met je vinger kuiltjes in het deeg en verdeel er ongeveer 1 el olie over. Laat die 30 minuten afgedekt rijzen.
Verwarm de oven voor op 250 graden Celsius hetelucht.
Bestrooi het deeg met rozemarijn, zeezout en nog een eetlepel olijfolie. Bak hem in 20 minuten af en eet smakelijk!
Tip! Je moet het kunnen kneden zonder dat het aan je handen plakt, als dat wel het gevoel is voeg dan nog een beetje bloem toe in kleine hoeveelheden, begin bijvoorbeeld met maximaal een halve eetlepel. Als het te droog is, maak dat je handen nat, schud ze uit en ga zonder afdragen verder met kneden. Zo voeg je kleine hoeveelheden water toe en heb je minder kans dat het ineens te nat is.
Comments