Een lekker lentegerechtje dat vrij simpel is en vrij snel klaar is. Origineel worden flammkuchen met crème fraîche, spekjes en ui gemaakt. Heel lekker, maak en eet ik ook heel graag, maar in dit geval maakte ik een lente-achtige versie die lauw-warm, maar ook koud kan worden gegeten. Dat lauwe gebeurt trouwen vanzelf en hoef je niets voor te doen. Er zit niet zo veel groente bij als je van me gewend bent, maar eet er een goede salade bij en je zit gebakken.

De bodems die ik gebruik, zijn trouwens kant en klaar.. Van de Sligro. Vind ik persoonlijk de lekkerste, omdat ze zo dun zijn. Ik heb nog geen alternatief gevonden bij een andere winkel (suggesties/tips zijn welkom), maar ik zag dat ze bij de Albert Heijn een kant en klare versie van Tante Fanny verkopen. Dus wellicht is dat een goede! In dat geval zou ik één rol gebruiken voor twee personen en hem wat dunner rollen. Overigens kan je voor een meer magere variant de crème fraîche vervangen door magere kwark.
Wat heb je nodig voor 2 personen:
2 flammkuchen bodems
150 gram gerookte zalm
100 gram groene aspergetips
150 gram diepvrieserwtjes
200 gram crème fraîche
1 rode ui
2 à 3 theelepels dilletopjes
1,5 eetlepel kappertjes (of meer of minder naar smaak)
peper en zout
Wat moet je doen:
Verwarm de oven voor op 200 graden Celsius hetelucht en leg de bodems op een bakpapiertje.
Doe in een kom: crème fraîche, rode ui in blokjes, dille en breng op smaak met peper en zout. Meng dit goed.
Snijd ongeveer een halve centimeter van de onderkant van de aspergetips. Doe kokend water in een pannetje of kom en leg de aspergetips hier 2 à 3 minuten in. Verdeel ondertussen het crème fraîche mengsel over de bodems en vervolgens ook de aspergetips. De bodems gaan nu 5 à 10 minuten in de oven.
Doe nieuw kokend water in het pannetje of in de kom en doe hier de diepvrieserwten in, laat dit ongeveer 5 minuutjes staan. Snijd of scheur de zalm in stukjes.
Haar de bodems uit de oven en verdeel de erwten, zalm en de kappertjes erover. Eet smakelijk!